Het centrum krijgt zo’n twintig medewerkers in Groningen en Rotterdam, en gaat landen adviseren hoe ze zich het beste kunnen aanpassen aan klimaatverandering op het gebied van infrastructuur en landbouw.
Volgens het ministerie van Infrastructuur en Milieu is voor Groningen gekozen vanwege de kennis die er aanwezig is over de gevolgen van klimaatverandering en omdat de Energy Academy een innovatief ‘kantoorgebouw’ is. ‘Met de universiteit en bedrijven die al actief zijn op het gebied van klimaat, biedt de stad een perfecte voedingsbodem voor het klimaatcentrum’, zegt staatssecretaris Dijksma.
In de Energy Academy Europe – dat wordt omgedoopt tot New Energy Coalition – werken bedrijfsleven, onderwijs en wetenschap gezamenlijk aan onderzoek en innovatie op energiegebied. De partners van het instituut zijn – naast de RUG en Hanzehogeschool – NAM, GasTerra en Gasunie. Daarachter zitten Shell, ExxonMobil en de staat. Zij beheren samen de Nederlandse gasmarkt.
Het instituut zelf heeft volgens de RUG feitelijk niets te maken met het VN-klimaatcentrum. De universiteit is slechts huisvester van het klimaatcentrum in het gebouw van de Energy Academy Europe.
Netwerk
‘Het is mooi nieuws voor Rotterdam en Groningen, die zichzelf wereldwijd goed op de kaart zetten met zo’n centrum. De opwarming van de aarde zal steeds meer mensen hard treffen. Ons initiatief voor dit mondiale klimaatcentrum helpt landen en organisaties die zoeken naar tastbare oplossingen om zich te kunnen wapenen tegen klimaatverandering’, aldus Dijksma.
Volgens het ministerie zal het centrum een breed wereldwijd netwerk van partners samenbrengen, waaronder internationale kennisinstituten, bedrijven, belangenorganisaties, lokale en nationale overheden en de financiële sector.
Foto: RUG / Egbert de Boer